De onderhandelingen tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie over handel met Noord-Ierland worden volgende week in Londen voortgezet.
Volgens bronnen rond de Britse onderhandelaars waren de gesprekken in Brussel deze week constructief en zijn er schikkingen bereikt over bepaalde kwesties. “Maar het feit is dat er op de hoofdlijnen nog grote verschillen zijn.” De Britten hebben aangegeven dat er zo snel mogelijk een doorbraak moet komen.
Als onderdeel van het in december vorig jaar bereikte Brexit-akkoord kwamen de twee partijen overeen dat goederen die vanuit het Verenigd Koninkrijk naar Noord-Ierland worden verzonden, aan Europese eisen moeten voldoen en daarom moeten worden geïnspecteerd. Op deze manier kan de harde grens tussen Ierland en Noord-Ierland in de Europese Unie worden vermeden. Zo’n harde grens zou de zwaarbevochten vrede tussen de pro-Britse protestanten en de pro-Ierse katholieken in Noord-Ierland in gevaar kunnen brengen.
De Britten noemen het Noord-Ierse Protocol al enige tijd onbruikbaar en dreigen er publiekelijk mee om het eenzijdig in te trekken. De EU-commissaris, Maros Šefčovič, heeft al een aanzienlijke versoepeling van de controle op Britse producten aangeboden, maar dat is niet voldoende voor de Britten. Ook vinden de Britten het feit dat het Europees Hof van Justitie arbiter is bij geschillen niet de juiste keuze.
Het lijkt onwaarschijnlijk dat de opheffing van deze rol voor de Europese Unie bespreekbaar zal zijn, dus de opzegging van het verdrag lijkt de enige mogelijkheid voor het Verenigd Koninkrijk. Volgens bronnen in Brussel wil de Europese Commissie terugslaan als de Britten dit doen.