Elektrificatie van het spoor mogelijk voor 95% van de goederentreinen in het VK

Het Chartered Institute of Logistics and Transport – CILT(UK) heeft zijn onderzoek naar de elektrificatie gepubliceerd, waaruit blijkt dat elektrificatie op het Britse spoorwegnet aanzienlijke mogelijkheden biedt. CILT heeft een gedetailleerde kaart en strategie vrijgegeven die de mogelijkheid geeft om in het VK 95% van het goederenvervoer per spoor te elektrificeren rond 2045. Uit het onderzoek blijkt dat slechts 800 mijl extra elektrificatie in het Verenigd Koninkrijk nodig is om 95% van het goederenvervoer per spoor elektrisch te laten verlopen. De eerste 60 mijl infill-elektrificatie kost naar schatting ongeveer 50 miljoen pond per jaar gedurende twee jaar – minder dan de kosten van één wegproject – en vormt een “no regrets” manier om belangrijke delen van het Britse logistieke systeem koolstofvrij te maken. Momenteel wordt slechts 10% van de Britse goederentreinen getrokken door elektrische locomotieven en loopt het Verenigd Koninkrijk achter op zijn Europese tegenhangers als het gaat om de elektrificatie van het goederenvervoer per spoor. Bovendien stelt CILT dat een elektrificatieprogramma van 40 mijl per jaar gedurende 20 jaar, tegen een kostprijs van 100 miljoen pond per jaar, nodig is om deze belangrijke kans voor het VK om zijn doelstellingen over decarbonisatie en netto-nul te halen.

Terwijl de technologie voor het koolstofvrij maken van andere vervoerswijzen nog in opkomst is en daarom soms moeilijk te introduceren, is geëlektrificeerd spoorvervoer een volledig ontwikkelde, bewezen groene technologie die al meer dan 60 jaar wordt gebruikt. CILT ziet deze mogelijkheid als “laaghangend fruit” als het gaat om het koolstofvrij maken van het vervoer en het terugdringen van de emissies van het vervoer. Op basis van een gedetailleerde analyse van gegevens over het goederenvervoer per spoor in het Verenigd Koninkrijk leiden de voor elektrificatie voorgestelde routes van de belangrijkste containerhavens naar distributiecentra in het binnenland en van grote steengroeven naar stedelijke gebieden waar grote hoeveelheden bouwmaterialen nodig zijn. Ook routes die andere belangrijke klanten van het goederenvervoer per spoor bedienen, zoals de staalindustrie, vallen hieronder.